Wat zou het mooi zijn als in alle vormen van onderwijs en overleg (dus ook in de politiek!): de dialoog gehanteerd werd in plaats van discussie. Want bij dialoog is het doel steeds wederzijds begrip terwijl het er bij een discussie om gaat de ander te overtuigen. Bij een dialoog kom je vanuit dat wederzijds begrip – indien nodig – tot oplossingen waar iedereen achter kan staan. Bij een discussie heb je winnaars en verliezers.

En verliezen vindt niemand leuk. Verliezers zitten na afloop met de frustratie en teleurstelling. Of met het vaste voornemen om zich een volgende keer niet uit het veld te laten slaan. Waardoor een machtsstrijd snel geboren is.

Hieronder lees je wat meer over de kenmerken van een dialoog. De voorbeelden zijn – door de aard van mijn beroep – veelal genomen uit de privésfeer. De link met werk is in veel gevallen echter eenvoudig te leggen. Veel bedrijven hebben immers dezelfde dynamiek als gezinnen.
De dialoog zou echter ook heel goed gebruikt kunnen worden in allerlei sociale media en online platforms.

Kenmerken dialoog

Differentiatie: verschil van mening mag

Voorwaarde voor een dialoog is dat beide partijen elkaar een eigen mening en beleving gunnen. Dat er ruimte is voor differentiatie: voor het naast elkaar laten bestaan van verschillen. Je mag het dus met elkaar oneens zijn, ook al is dat lastig of ongemakkelijk.

In een dialoog is het taboe om druk uit te oefenen op elkaar. Je toont respect voor ieders mening en je gaat ervan uit dat beide meningen legitiem zijn. Dat benoem je ook.  En vervolgens onderzoek je samen of die verschillen naast elkaar kunnen bestaan of dat er een oplossing nodig is.

Vaak is een verschil van mening namelijk geen enkel probleem en kunnen de meningen rustig naast elkaar bestaan. Bijvoorbeeld als het over een politieke kwestie gaat. Je kunt dan samen constateren: ”Oké, hierover verschillen we dus van mening”.

Er zijn echter situaties waarin het handig of noodzakelijk is om het elkaar eens te worden. Ook dan is het belangrijk om eerst de verschillen te benoemen. Bijvoorbeeld: ”Oké, we verschillen dus van mening over hoeveel zakgeld de kinderen krijgen. Daar moeten we toch samen op één lijn zien te komen, dus hoe lossen we dit op?”

Voor de oplossing is het belangrijk dat je elkaar eerst goed begrijpt. Wat bedoelt je (gespreks)partner precies? Vanuit welke argumenten, gevoelens en ervaringen is h/zij tot deze mening gekomen? Zijn daar misschien aspecten bij, waar jij zelf nog niet aan gedacht hebt?

Werkelijke interesse in elkaar

Als je kiest voor de dialoog in plaats van discussie ben je ook echt geïnteresseerd in elkaar. Het gaat je er niet om de ander jouw mening op te dringen. Je wil écht graag weten wat je gesprekspartner denkt, en voelt bij een bepaald onderwerp. Je vraagt daarom ook dóór, om de ander beter te kunnen begrijpen.

Openheid om je te laten beïnvloeden

Daarnaast toon je ook bereidheid om je door je gesprekspartner te laten beïnvloeden: wellicht heeft hij of zij aan dingen gedacht waar jij niet bij stil hebt gestaan. Er is niets mis mee om die vervolgens ook in je eigen afweging mee te nemen. Twee weten meer dan één! Zolang jij maar bij jezelf checkt of de nieuwe of aangepaste opvatting inderdaad voor jou klopt. Uiteindelijk bepaal je immers altijd zelf of je je mening verandert of niet.

Werkwijze bij dialoog

Hoe breng je deze mooie uitgangspunten nu in de praktijk?

1. Afstemmen

Om te beginnen is het altijd verstandig om met elkaar af te stemmen wanneer je een gesprek met elkaar gaat voeren. We zien in relaties vaak dat iemand zomaar een gesprek begint en verwacht dat de ander maar meteen tijd en aandacht heeft. Zelfs als het over ”gewone” thema’s gaat.

Ik ken dat ook van mezelf: ik kom de kamer binnen en begin meteen te praten:”Schat, heb je gezien dat…”. Ik verwacht dat mijn man meteen beschikbaar is voor mij. Hij maakt me er gelukkig altijd meteen attent op, als het hem niet uitkomt:”Even wachten, ik ben even bezig”.

Het is dus belangrijk om af te stemmen. Je zou bijvoorbeeld kunnen zeggen:”Piet, ik wil het graag ergens met je hebben over hebben. Kan dat nú of wanneer zou dat kunnen?”

Sommige stellen hebben een vaste moment waarop ze dingen bespreken, waar in de hectiek van alle dag geen tijd voor is. Wij adviseren dat ook altijd. Het helpt als je weet dat er dan aandacht en tijd is. De zondagavond is bijvoorbeeld in veel gezinnen een prima moment om even de agenda van de komende week samen door te lopen. Daarna zou je dan ook andere dingen kunnen bespreken.

2. Gevoelens en bedoeling benoemen

Als je vervolgens je onderwerp aankaart, is het belangrijk om daar meteen bij te vertellen wat het onderwerp met je doet en wat je van je partner verwacht. Bijvoorbeeld:”Ik zit ergens mee en wil graag even mijn verhaal kwijt. Ik hoef geen oplossing, alleen een luisterend oor”.

Of:”Je hebt iets gedaan of gezegd, waar ik me aan geërgerd heb. Ik wil graag weten waarom je dat gezegd of gedaan hebt.”

Of:”Ik loop al een tijdje ergens over te na te denken en wil graag jouw mening horen”.

Door een gesprek zó te starten, kan je partner zich daar op instellen. Dat betekent dat je dus het beste – vóór je een gesprek aangaat – eerst even stil kunt staan bij jezelf om je af te vragen wat je precies met het gesprek wil.

3. Onderzoekende vragen stellen

Als je de ander vraagt naar zijn/ haar mening over een onderwerp, dan is het noodzakelijk om daar eerst ruimte voor te maken en onderzoekende vragen te stellen. Dus niet meteen iets roepen als:”Daar ben ik het niet mee eens!” Maar vragen: “Wil je me uitleggen hoe je tot dat idee gekomen bent?” Of: “Welke gevoelens spelen hierbij voor jou een rol?”

Zelfs als je het wél met je partner eens bent, kan het heel verhelderend zijn om eerst deze vragen te stellen. Misschien komt h/zij vanuit een heel andere redenering dan jij tot dezelfde mening. Of blijkt de mening toch niet zo hetzelfde te zijn als jij dacht.

Als je daarna je eigen mening geeft, zou het mooi zijn als je partner jou dan ook onderzoekende vragen stelt. Je kunt ook afspreken dat je allebei eerst je mening geeft en daarná overgaat tot het onderzoeken van ieders mening.

In dat onderzoek kun je elkaar bevragen op achter-en onderliggende gevoelens en argumenten. Oók als je misschien denkt dat allemaal al te weten. Want het is maar de vraag of jouw invulling klopt. We zien in relatietherapie heel vaak, dat stellen wel dénken elkaar door en door te kennen, maar dat dat bar tegenvalt.

4. Verschil van mening respecteren

Als blijkt dat jullie van mening verschillen, is het heel belangrijk om elkaars mening te respecteren én te legitimeren. Dat kan heel moeilijk zijn. bijvoorbeeld als je écht vindt dat de ander een ongelooflijk domme mening heeft. Of totaal niet begrijpt hoe iemand maar op zó’n idee kan komen.

En toch is dat de realiteit: je gesprekspartner heeft zojuist die mening geuit en het is heel belangrijk om die te respecteren. Je mag gerust zeggen dat je verbaasd of geschokt bent, maar erken de legitimiteit van de mening van de ander! (Tenzíj de ander een mening heeft die echt tegen de wet indruist.)

Dus zeg bijvoorbeeld:”Oké, we verschillen hierover van mening. Ik begrijp niets van jouw mening, maar je hebt er recht op en hij is per definitie legitiem. Ik zou je wél graag willen begrijpen, dus kun je me uitleggen vanuit welke ideeën of ervaringen je tot deze mening komt?”

5. Begrip opbrengen voor elkaar

Vervolgens zal het vaak nodig zijn om te proberen je partner te begrijpen. Waarbij het belangrijk is om je te realiseren dat elkaar begrijpen niet hoeft te betekenen dat je het met elkaar eens bent.

De ander begrijpen hoeft niet te betekenen dat je het met hem eens bent.

Ik kan bijvoorbeeld begrijpen dat je geen zin hebt om mee te gaan naar mijn ouders. Maar daarom hoef ik het daar nog niet mee eens te zijn! Als ik je echter zeg dat ik je begrijp, erken ik daarmee wel jouw gevoel. En dat geeft vaak al lucht. Vervolgens zijn we er dan echter nog niet. We moeten dan nog samen bespreken hoe we nu met die twee verschillende wensen of ideeën omgaan. We zoeken dus naar een oplossing in plaats van naar het winnende idee. Dialoog in plaats van discussie.

Je eigen referentiekader loslaten

Soms moet je je eigen referentiekader loslaten om elkaar te kúnnen begrijpen. En dat is nog niet zo eenvoudig. Zo hadden we bijvoorbeeld laatst iemand die vond dat iemand anders helpen vóór je eigen belang ging. Hij was te laat thuis gekomen om samen nog naar een concert te gaan, omdat iemand zijn hulp vroeg. Zijn partner was woedend en voelde zich verwaarloosd. Beiden moesten zich in elkaar verplaatsen om te begrijpen waarom de één die keuze had gemaakt en de ander zo boos was.

Je kwetsbaar opstellen

Vaak ook moet je je kwetsbaar opstellen. Aan je partner vertellen wat je gevoelens zijn. Toegeven dat je iets niet goed hebt gedaan. Uitleggen vanuit welke angst of boosheid je iets gedaan hebt. Kortom: je laten zien! jezelf blootgeven! Ook dat is niet voor iedereen altijd even eenvoudig. Lees ook: Dialoog na het verraad (5)

Sommige mannen voelen zichzelf klein worden als ze zich kwetsbaar op moeten stellen. Als ze daarvoor zichzelf opgeblazen hebben, kan dat kloppen. In je kwetsbaarheid laat je jezelf namelijk zien zoals je bent, zonder muur, zonder opgepoetste tierlantijnen. Als je dat doet, zul je merken dat jullie gesprek een heel ander toon krijgt. En dat je partner je dan opeens veel beter kan begrijpen.

Het tempo vertragen

Een ander noodzakelijk punt is dat jullie het tempo vertragen. Ieder heeft tijd nodig om het gehoorde te laten bezinken. En om vervolgens na te denken en te voelen wat hij/zij zelf wil antwoorden. Als een gesprek te snel gaat, moet je al nadenken over je antwoord, terwijl je nog aan het luisteren bent! Dan kun je niet goed luisteren.
Dus neem de tijd. Het is niet erg als er stiltes vallen. Jaag elkaar niet op. Zorg dat je achterover gaat zitten. Ontspan!

Ter illustratie hier een filmpje over hoe het níet moet: https://youtu.be/Ls6SnP33eL4

Geen alcohol of drugs

Tenslotte een misschien wat truttig advies, maar toch: Gebruik geen alcohol of drugs tijdens dit soort gesprekken! Alcohol ontspant weliswaar, maar ontremt ook. En dat maakt het moeilijker om het geduld op te brengen om naar elkaar te luisteren en elkaar te respecteren. Als je al wil drinken: doe dat dan na afloop als jullie er samen goed uit gekomen zijn!

5. Samen een oplossing vinden

Als beide partijen elkaar begrijpen, kunnen ze tenslotte  samen op zoek gaan naar een manier te vinden om met die verschillen om te gaan.

Van mening blijven verschillen mag

Soms kunnen verschillen rustig naast elkaar blijven bestaan. Je hoeft alleen maar tegen elkaar te zeggen: oké, dan verschillen we hierover dus van mening. Bijvoorbeeld: als je allebei op een andere politieke partij wil stemmen, dan is dat in principe geen probleem. Het kan zijn dat je dat niet leuk vindt of dat je het niet eens bent met de keuze van je partner. Maar jullie zijn nu eenmaal verschillende mensen met eider eigen stemrecht.

Een verschil van mening hoeft geen meningsverschil te worden!

Allebei de ene mening beter vinden

Het wordt lastiger als jullie bijvoorbeeld van mening verschillen over hoe laat de kinderen naar bed moeten of wanneer je samen op vakantie gaat. Dáár moet één uitkomst uitkomen.  Om een goede afweging te kunnen maken is het daarom ook belangrijk dat jullie goed elkaars overwegingen kennen. Zodat je alle facetten mee kunt nemen in die uitkomst.

In dat hele proces kan het zijn dat de mening van de één in dit geval toch beter blijkt dan die van de ander. Als jullie dat allebei vinden, ga je dus voor de mening van die ene. Het is belangrijk dit niet als een persoonlijke overwinning te zien. Het gaat namelijk niet om de overwinning maar om de inhoud van die mening.

Tot een win-win komen

Het mooiste is als je in gesprek met elkaar samen tot een nog betere oplossing komt, dan ieder voor zich bedacht had. Soms is dat de optelsom van beide meningen. Bijvoorbeeld: de één wil uit eten en de ander naar de film. Jullie besluiten om beide te doen.

Soms echter kom je al pratend echter tot iets heel nieuws. Misschien ontdekken jullie bijvoorbeeld dat je veel meer tijd samen door wil brengen en besluit je er een weekendje-weg van te maken. Of realiseren jullie je dat je eigenlijk geen geld hebt om uit te gaan en komen jullie tot het idee om een avondje uit in eigen huis te organiseren! (Aanrader: alle eventuele kinderen laten logeren bij vriendjes, samen lekker koken, je aankleden alsof je uit gaat, eten met kaarsjes en lievelingsmuziekje aan).

Compromis

Als je niet tot een win-win komt en ook niet tot overeenstemming over één van beide meningen, blijft er niets anders over dan een compromis. In een goed compromis kunnen beide partners zich vinden. Sterker nog: beide partners zorgen daarin niet alleen voor zichzelf, maar ook voor de ander! Omdat je het die ander gunt. En omdat het beter is voor jullie relatie. Als de ander zich namelijk toch bekocht voelt, heb jij er ook last van.

Bij een goed compromis zorgen beide partijen ervoor dat niet alleen zijzelf maar ook de ander voldoende aan zijn/haar trekken komt.

In elke relatie moeten voortdurend compromissen gesloten worden. Dat kan niet anders, want jullie zijn verschillende mensen. Goed compromissen kunnen sluiten is dan ook één van de belangrijkste vaardigheden van partners!

Conclusie

Dus verschil van mening is prima. Zolang je ervoor zorgt daar niet met elkaar over in discussie te gaan. Zoek de dialoog in plaats van discussie.

En discussie met je partner – of dat nu je levenspartner of samenwerkingspartner is – is wat mij betreft helemaal taboe.

______________________________________________________

Marike de Valk is gepensioneerd Gestalttherapeut. Ze gaf individuele, relatie- en gezinstherapie in Beuningen bij Nijmegen samen met haar collega Wilfried Sluys. In haar blog op deze site valt veel te lezen over relatieproblemen.